Doeltrap
Een doeltrap, of een vrije trap in de eigen zestien meter, hoeft niet meer eerst uit het strafschopgebied voordat een medespeler de bal mag aanraken. De bal is in het spel vanaf het moment dat deze is getrapt en duidelijk beweegt. Alleen de opbouwende partij mag de bal direct in de zestien meter aanraken.
Muurtje
Als de verdedigende partij bij een vrije trap een muurtje neerzet van drie of meer spelers, moeten alle aanvallers minimaal één meter afstand houden van dit muurtje. Als de aanvallers zich hier niet aan houden, volgt er een indirecte vrije schop voor de verdedigende partij.
Scheidsrechterbal
Bij een scheidsrechterbal mag er voortaan maar één speler in de buurt staan van de scheidsrechter, als hij de bal laat vallen. Dit moet een speler zijn van het team dat de bal als laatste heeft aangeraakt. De rest van de spelers moet op minimaal vier meter afstand staan. Als er een scheidsrechtersbal in het strafschopgebied is, is deze altijd voor de keeper.
Plek van wisselen
Als een speler gewisseld wordt, kan de scheidsrechter bepalen dat dit bij de dichtstbijzijnde doel- of zijlijn moet gebeuren. De scheidsrechter kan dit bijvoorbeeld beslissen om tijdrekken te voorkomen, of in het geval van een blessure.
Kaarten voor teamofficials
Een scheidsrechter kan ook een gele of rode kaart geven aan teamofficials. Teamofficials zijn alle stafleden die langs het veld zitten, zoals de coach, verzorger of teammanager.
Penaltyserie
Mocht een wedstrijd beslist moeten worden door een penaltyserie, dan nemen de beide ploegen om de beurt een penalty. Het ABBA-systeem wordt niet meer toegepast.
Klik hier voor alle spelregels en wijzigingen.